16-06-2011

Al jaren ben ik voornemens om een boek te schrijven. Twee boeken eigenlijk om iets preciezer te zijn.

Het eerste boek gaat 'De Boom' heten.

Vroeger, toen ik nog een klein Paultje was, gingen we af en toe naar mijn opa en oma toe die indertijd in Wolfheze woonden. Ze hadden daar een fietsje waar mijn zussen, mijn neven en nichten en ikzelf menig kilometer op gefietst hebben. Tot een bepaalde leeftijd mochten we de straat uit, de bocht om, doorrijden tot het eind van de straat waar een grote boom stond; tot daar en niet verder was 't devies. En hoe spannend is 't dan om voorbij die grote boom te kijken, wachtend op de leeftijd dat je wél voorbij die boom mag. Dus vaak afstappen bij de boom, er niet voorbij durven maar wel stiekem kijken wát er nu precies achter deze boom is wat 'zo gevaarlijk' is dat jij er (nog) niet mag komen. Je stelt je van alles voor. Hoe mooi het is, hoe anders dan de straat waar je nu al een keer of 10.000 doorheen gefietst bent; je droomt wat af.

Het is overigens deze boom.

Op een bepaald moment bereik je de leeftijd dat je daadwerkelijk voorbij de boom mag fietsen.
Dus, op de fiets en fietsen maar. Voorbij de boom. En dan kom je tot de (schrikbarende) conclusie dat 't eigenlijk helemaal niet zoveel anders is aan die andere kant van die boom. Je vraagt je af waar je al die jaren naar uit hebt zitten kijken.

Dit bovenstaande verhaal heb ik echt op deze manier ervaren. Ik heb echter geen flauw idee meer hoe oud ik toen precies was, maar ik kan 't me nog goed herinneren.

Later merkte ik dat deze boom een metafoor is voor veel dingen in mijn leven. Zo keek ik op mijn 15e enorm uit naar het moment dat ik 16 zou worden, zodat ik eindelijk (legaal) brommer mocht rijden. En dan word je 16, je stapt voor 't eerst op een brommer en dan denk je "is dit 't nou helemaal?", "heb ik hier al die tijd naar uitgeken?"
Of de maanden dat je uitkijkt naar het moment dat je eindelijk (legaal) auto mag rijden; dan is 't zover en dan denk je weer "is dit 't nu?" En de eerste keer alcohol, de eerste keer seks, de eerste keer.... etc etc etc. Voorbeelden te over.

En wat ik nu merk: De laatste maanden van 2010 waren niet zo heel denderend. Ik was veel moe, had weinig tot geen energie en zag (gelukkig?) de boom al staan: ik krijg een nieuwe nier en dan wordt alles beter.

En daar zit ik dan, nu vier en een halve maand ná de transplantatie. En gaat 't goed? Nee. Tegenslag na tegenslag krijg ik voor mijn kiezen. Is dit nu waar ik zo naar uitkeek denk ik de afgelopen weken steeds vaker en vaker.

Ja; ik heb meer energie. Maar daar is ook alles mee gezegd. Heb mijn leven nog steeds niet op de rit zoals ik zou willen. Ik word flink dwars gezeten door dat rotding in mijn zij; die nefrostomiekatheter. Wat een onding.

En dat is ook gelijk het thema van mijn tweede boek, met als titel "Het vacuüm van het douchegordijn".
Weer zo'n metafoor waar ik mijn leven al tegenaan loop: Ik douche graag, lang en heet. En iedereen die géén mooie plastic/glazen deuren heeft in de badkamer maar 'n douchegordijn, weet dat als 't lekker heet onder de douchte begint te worden, kruipt dat gordijn naar binnen waardoor de bewegingsruimte onder die hete straal minder en minder wordt. Ergo: Heb je 't naar je zin, is er altijd wel weer een factor die roet in 't eten gooit.

Ja, ik heb dus een nieuwe nier. En ja; ik heb dus meer energie, maar ondertussen heb ik niet de bewegingsvrijheid om er mee te doen wat ik graag zou willen.
Ik wil mijn leven weer oppakken. Ik wil weer fulltime werken. Maar op dit moment is 't zo dat als ik één dag werk (of zelfs een halve dag!) ik daarna een dag uitgeteld ben, door zeurende pijn in mijn zij. Met mijn 'home-brew' beaujolais...

Ik weet dat bovenstaand verhaal enigszins pessimistisch over kan komen. En dat terwijl ik van huis uit toch best een optimist ben. Maar de rek is er een beetje uit. Ben er inmiddels echt klaar mee. En dat heb ik al een paar keer geroepen, dat ik er klaar mee ben. Maar er zit geen progressie in op dit moment en daar baal ik enorm van. Ik heb anderhalve week geleden met 't ziekenhuis gebeld of ze al wisten wanneer ik weer geopereerd ga worden. Ze legde uit dat ik een brief krijg, 10 dagen vóórdat ik opgenomen word. En het versturen van die brief kan nog zomaar twee maanden duren. Zo druk is 't op die afdeling. Ik ben er maar klaar mee. Nóg twee maanden zónder enige vorm van progressie doormodderen. Ik vind 't niet leuk meer.

Gelukkig heb ik best wat afleiding. Ik speel veel online spelletjes met 'n vriend van mij, elke dinsdag komt mijn ex-zwager eten en film kijken ná zijn judo trainingen, ik speel regelmatig online bordspelletjes met 'n collega (die overigens in dezelfde straat als die boom opgegroeid is!) en toch; my life sucks. Ik kan op dit moment niet doen wat ik graag zou willen; een keer zwemmen met mijn kinderen, stoeien met diezelfde kinderen, fulltime werken (waar ik écht veel plezier uit haal!); alles wat ik wil doen wordt beperkt door dat douchegordijn; dat slangetje in mijn zij.

En ja; ik hoor van iedereen (ook ervaringsdeskundigen voor wat betreft een transplantatie) dat 't allemaal wel goed gaat komen. Dat geloof ik ook wel. Althans, de optimist in mij. Maar op dit moment krijgt de pessimist meer en meer de overhand. Vooral door het juist uitblijven van enige progressie...

Permalink

Aantal keer bekeken: 23575

Reacties: 4

Disclaimer
Ik ben mij er van bewust dat ik soms nogal ongenuanceerd over de verhandelingen van iedereen in het ziekenhuis schrijf. Het is geenszins mijn bedoeling om wie dan ook in discrediet te brengen. Ik ben iedereen die de afgelopen twee jaar (en langer) zich heeft bemoeid met mijn gezondheid enorm dankbaar. Zonder alle (vakbekwame) mensen in en om het ziekenhuis had ik 't niet gered. De kanttekeningen die ik af en toe zet, zijn mijn interpretaties, niet strikt noodzakelijk feit. Het is altijd makkelijk commentaar te geven op dees en geen maar ter vergelijking; ikzelf ben o.a. docent 'interviewtechnieken' en ik stel soms ook meervoudig gesloten vragen...